Saturday, July 24, 2010

Organs Of the St. Laurens, Rotterdam, Holland. Four Organs



click picture to enlarge
St. Laurens Church in Rotterdam was completed in 1525, and only the walls and tower remained after a German air raid in 1940. The church was rebuilt 1947-1968.


The church has four organs:










click picture to enlarge
the Chapel organ,




Choir organ*, (on lh side of choir, click picture to enlarge)

click picture to enlarge
Transept organ* 3 manuals, 44 ranks.

and the main organ*:
click picture to enlarge
the Hoofd Orgel* (1973) of 85 stops and 7600 pipes. It is the largest organ in the Netherlands.



Improvistation psalm 54 Marcussen & Søn organ of the St. Laurens in Rotterdam. The biggest organ of the Netherlands and also the biggest full mechanical organ in Europe







Improvisatie over gezang 380 Lvk laurenskerk Rotterdam Mei 2008




Three* new mechanical (tracker) organs were built by Danish builders Marcussen & Son and by Sybrand and Jürgen Zachariassen.
Entering Grote Kerk or St Laurenskerk by the main doorway under the tower, visitors are struck by the lightness and beauty of the interior. In the reconstruction most of the windows were glazed with brightly colored glass. The church is a cruciform basilica in the Late Gothic style of the Netherlands, with high, wide aisles and painted wooden barrel vaulting.

The principal organ stands on a marble base on the inside wall of the tower. There is another organ in the south transept and a smaller organ on the north side of the choir.



click picture to enlarge


click picture to enlarge
YOU CAN LISTEN TO ANY (OR ALL) OF THE FOLLOWING RECORDINGS OF THIS ORGAN BY CLICKING ON THE LINK BELOW:
TO RETURN TO THIS PAGE AFTER LISTENING, CLICK "BACK" ON YOUR BROWSER.

Improvisation Organ Laurenskerk Rotterdam, Netherlands
André de Jager - Toccata from Suite Gothique (L. Boellmann)
Feike Asma - Fantasie over de Avondzang
Widor - Symphony Gotique (played by Feike Asma)
Feike Asma plays Jan Zwart (organ)
vers 10 en 16
, Laurenskerk te Rotterdam Wim Velthoven
psalm 42
Organ improvisation
Organ Laurenskerk Rotterdam, Netherlands YouTube - Improv
YouTube - The Holy Citypsalm 42
Laurenskerk Rotterdam - Stanley - Trumpet Vol. (J.Garbacz)
Laurenskerk Rotterdam - Bach - Fuga a (fragm.) - J.Garbacz
Vierne Choral
Fuga g moll Bach
Four hand organ improvisation Mike Garson&Willem Tanke
Things to come-Willem Tanke, organ
Queen of the sky - Willem Tanke organ
Visions - Willem Tanke. organ
Tu Es Petra/ Solo for the pedals-Willem Tanke,organ
The Word-Olivier Messiaen/Willem Tanke, organ
The Eyes in the Wheels-Olivier Messiaen/Willem Tanke, organ
Entrée/Olivier Messiaen/WillemTanke/counting version
combat de la mort et de la vie pt 2, Messiaen
Marco den Toom - Laurenskerk Rotterdam, TOCCATA CALLAERTS
Improvisatie gezang 380 LVK
Martin Mans 'De Slag bij Waterloo'
Martin Mans 'Rondo in G'
Martin Mans
Improvisation Holy, Holy, Holy You Tube





DISPOSITION


Hoofdwerk: (C-g3)

Prestant 16
Octaaf 8
Open fluit 8
Quint 5 1/3
Octaaf 4
Spitsfluit 4
Octaaf 2
Mixtuur 8-10 st.
Scherp 6-8 st.
Ruispijp 3-4 st.
Cornet 5 st. (a0)
Trompet 16
Trompet 8

Rugwerk: (C-g3)

Quintadeen 16
Prestant 8
Holpijp 8
Quintadeen 8
Octaaf 4
Roerfluit 4
Quint 2 2/3
Octaaf 2
Woudfluit 2
Sifflet 1 1/3
Mixtuur 6-8 st.
Scherp 4-6 st.
Sesquialter 2-4 st.
Dulciaan 16
Trompet 8
Kromhoorn 8
Tremulant

Zwelwerk: (C-g3)

Gedekt 16
Prestant 8
Baarpijp 8
Roerfluit 8
Viola di Gamba 8
Viola di Gamba 8 (zwevend)
Octaaf 4
Open fluit 4
Terts 3 1/5
Roerquint 2 2/3
Nachthoorn 2
Terts 1 3/5
Mixtuur 5-7 st.
Cimbel 3 st.
Bombarde 16
Trompette 8
Voix humaine 8
Clairon 4
Tremulant

Borstwerk: (C-g3)

Gedekt 8
Prestant 4
Blokfluit 4
Nasard 2 2/3
Octaaf 2
Gedekte fluit 2
Octaaf 1
Scherp 4-5 st.
Tertiaan 2 st.
Regaal 16
Kromhoorn 8
Regaal 8
Tremulant

Chamadewerk:

Trompeta magna 16 D
Trompeta brillante 8 B/D
Trompeta de batalla 8 B/D
Orlos 8 B/D
Clarin fuerte 4 B/D
Clarin 2 B

Pedaal: (C-f1)

Prestant 32
Octaaf 16
Open Subbas 16
Gedekte Quint 10 2/3
Octaaf 8
Gemshoorn 8
Roerquint 5 1/3
Octaaf 4
Koppelfluit 4
Nachthoorn 2
Dwarsfluit 1
Mixtuur 10 st.
Ruispijp 5 st.
Cornet 3 st.
Bazuin 32
Bazuin 16
Fagot 16
Trompet 8
Trompet 4
Zink 2


TRANSEPT ORGAN



HISTORY

At the start of the reconstruction of the transept of the church, the possibility of placing an organ in this space is considered. One of the advisors, Dr. Vente was aware of the presence of an organ case of the Bartholomew Church in Schoonhoven in the furniture factory of van den Ende there. This beautiful organ case was an excellent housing for the new transept organ, because of its size and antiquity. The case corresponds to the organ that is depicted in the painting of Lorne (1657).

Left was the question whether such a small case could house a large 44 rank organ. Together with the company Marcussen & Søn of Aabenraa, Denmark, who were to build the organ, a plan was developed. It was necessary to add a Rugpositief to the existing organ case and in a niche in the wall behind the organ, use space to place the subbas 16 '. Also the pedaal and hoofdwerk chests were combined to save space.
Thanks to an extremely compact construction, the present transept organ was created.
The case for the rugpositief was made by cabinet maker Van den Ende from period wood, to match the remainder of the case.

The transept organ enjoys international renown for its beautiful voicing. It is regarded as the last work of Sybrand Zachariassen, which is voiced by himself. It is interesting to mention that the intonation has remained the same since 1959, the year the organ was completed, although since then the choir and the main nave have been restored and added to the transept, hugely increasing the size of the room. The sound has become more beautiful in the enlarged area, which is evidence of the foresight and genius of Sybrand Zachariassen.

The organ was a gift from the German cities of Hamburg, Bremen, Cologne, Düsseldorf and Duisburg at the instigation of the Rotary of West Germany. Under the rugpositief you will find the coats of arms of the cities of Hamburg, Bremen, Cologne, Düsseldorf and Duisburg.




DISPOSITION






Hoofdwerk
Prestant 8’
Roerfluit 8’
Octaaf 4’
Spitsfluit 4’
Octaaf 2’
Mixtuur 5-7-st
Cymbel 8’
Trompet 8'






Rugwerk

Holpijp 8’
Prestant 4’
Roerfluit 4’
Woudfluit 2’
Quint 1 1/3’
Sexquialter 2-st
Scherp 4-st
Dulciaan 8’

Borstwerk

Gedekt 8’
Quintadena 4’
Koppelfluit 4’
Prestant 2’
Blokfluit 2’
Sifflet 1’
Cymbel 2-st
Regaal 16’

Pedaal

Spitsgedekt 16’
Prestant 8’ transm
Spitsgedekt 8’ transm
Octaaf 4’
Mixtuur 6-st
Fagot 16’
Schalmei 4’

Manuaalkoppels
HW+ RW
HW+ BW

Pedaalkoppels
Ped+ HW
Ped+ RW
Ped+ BW

Tremulanten op het Rugwerk en het Borstwerk.
Tractuur: Mechanisch.

CHOIR ORGAN





DISPOSITION


manual
Gedekt 8’
Quintadeen 8’
Prestant 4’
Roerfluit 4’
Octaaf 2’
Fluit gedekt 2’
Mixtuur 4-st
Dulciaan 8’
Tremulant

Tractuur: Mechanisch
Pedaal : Aangehangen.
Koppelingen: Pedaalkoppel

CHAPEL ORGAN




DISPOSITION


Holpijp 8’ B/D
Roerfluit 4’B/D
Prestant 2’
Sifflet 1’
Sexquialter 2-st.





THE PRE-WAR ORGAN BELOW


HET ORGEL IN DE GROOTE OF ST. LAURENSKERK TE ROTTERDAM.
Rotterdam, 1885
Het orgel bezit bijna 5000 pijpen. Het heeft 49 Labiaalstemmen, 9 Vulstemmen en 14 tong werken.




Rotterdam bezit vele merkwaardigheden op allerlei gebied. Voor
den vreemdeling trekt onder meer ook de Groote of St. Laurenskerk
de aandacht.

Dit gebouw wordt dan ook zeer veel bezocht en is voorzeker
een bezoek overwaard. Eenige jaren geleden is het met groote kosten
weer tot zijn vroegeren staat teruggebracht ; het fraaie koor met zijne
antieke banken, marmeren ingang en koperen hek, wekt algemeen
bewondering ; de reusachtige pilaren, ontdaan van de kalklagen, des-
tijds er opgebracht, de geschilderde glazen en dan, hetgeen wel het
voornaamste zal zijn, het prachtige oxaal en het heerlijk orgel dat
daarop rust.

Dit instrument, het grootste van ons land en een der grootsten
zelfs van Europa, verdient wel meerdere bekendheid en eene eenig-
zins uitvoerige beschrijving.

In een oud werk van J. Hess , Organist en Klokkenist te Gouda,
en in 1772 aldaar uitgegeven, staat de dispositie van het orgel,
waarvoor dit in de plaats gekomen is, aldus opgegeven :

Het orgel in de Groote Kerk te Rotterdam met drie Hand-
clavieren en een vrij Pedaal, heeft 44 stemmen.

THE EARLIER ORGAN BELOW


ONDER-MANUAAL.
9 Stemmen.
BOVEN-MANUAAL.
15 Stemmen.
RUGPOSITIEF.
15 Stemmen.
PEDAAL.
5 Stemmen.


Dit werk was dus lang niet gering te schatten, wat overvloed
van stemmen betrof.

In 1792 is men begonnen een nieuw orgel daar te stellen ; de
orgelmaker aan wien dit toevertrouwd was, moet echter niet be-
kwaam genoeg geweest zijn, want toen in 1798 het rugpositief
alleen af was, bleek het zoo slecht gewerkt te zijn, dat men den
orgelmaker noodzaakte het werk af te staan aan H. H. Freytag te
Jroningen. Die bekwame man overleed echter kort na de overgave
en daarna bleef de zaak hangende tot 1821, toen de Heeren
A. Meere & Zoon uit Utrecht de moeilijke taak op zich namen,
het reeds gemaakte verbeterden en in 1828 het werk met drie
klavieren en vrij pedaal afleverden. Toen reeds was het een schoon
instrument geworden dat zich gerust met anderen meten kon; maar
nadat in 1845 de beroemde firma Batz & Co. er nog een klavier
bij vervaardigd hadden (het zoogenaamde echowerk) en het overige
gedeelte vergroot en zóo noodig verbeterd, is het prachtige werk
van dien tijd af als geheel voltooid te beschouwen.

Het Kerkbestuur heeft steeds zorgvuldig er voor gewaakt dat
het werk in goeden staat bleef en er, zoo noodig, geen kosten voor
ontzien.

De ingang voor het orgel is de groote torendeur, waarna men
langs een breede trap van 32 treden het orgel bereikt. Ook van
uit de kerk leiden twee groote deuren onder het oxaal naar het
orgel. Op den achtergrond zijn 16 treden voor de blaasbalgen die
het werk van de noodigen wind moeten voorzien. Vier, minstens
drie man zijn daarvóór benoodigd. Links is een vertrek ten gebruike
der balgentreders , rechts eene nette kamer voor den organist. Kasten
en verdere gemakken bevinden zich eveneens aldaar. Rechts door-
gaande komt men op het eigenlijke orgel, waartoe twee enorm
zware en dikke deuren toegang verleenen. Het is voor een Organist
een waar genot zulk een kolossaal werk te zien en te bespelen.
Vier klavieren (manualen) boven elkander, bijna 4 octaaf, loopende
van C— F, en een pedaal van bijna 2 octaaf, eveneens van C— F.

Alles speelt tamelijk licht, en zelfs wanneer men èn het pedaal
èn de klavieren te zamen koppelen, kan een geoefend speler er
betrekkelijk gemakkelijk op voortkomen.

Aan weerszijden treft men 45 registerknoppen aan, het Werk
heeft 90 registers, waarvan 72 sprekende stemmen.

Wanneer de Organist voor zijn instrument zich plaatst, heeft
hij het positief achter zich. Niettegenstaande het rugwerk het eerst
vervaardigd is, bevindt het positief zich nog in een zeer goeden
staat, hetgeen wel voor een groot gedeelte te danken is aan de
firma Batz & Co., aan wien de jaarlijksche stemming en het onder-
houd van het orgel steeds is opgedragen.

De beste stemmen van het rugwerk zijn : Fluit Dolce 8 voet,
Fluit Travers (discant) 8 voet. Bourdon 16 voet. Trompet 8 voet,
Cornet 6 sterk, de eigenaardige klank der Hobo 8 voet, en het
onderste gedeelte der Fagot 16 voet. Verscheidene deuren maken
den toegang tot het pijpwerk gemakkelijk.

Achter de klavieren op het portaal vindt men de deur No. I,
waarin het regeerwerk der drie bovenste manualen, van het pedaal
en registers zich bevindt. Het regeerwerk van het rugpositief gaat
natuurlijk onder den vloer van het orgel door naar de windlade van
het rugwerk.

Om het pijpwerk van hoofdmanuaal en pedaal te bereiken, moet
men een 28 treden hooge trap beklimmen, in het midden afgesloten
door een deur, waarbij weder toegang tot het regeerwerk, waarna
men door deur No. II de C-lade der Bazuin 32 voet, No. IV
de Cis-lade der Bazuin 32 voet, en door middel van deur No. III
het pijpwerk van hoofdmanuaal en pedaal bereikt. Alles is zoo
geplaatst dat de verschillende pijpen goed te bereiken zijn.

De 16 en 8 voets labiaalstemmen van het hoofdklavier klinken
bijzonder fraai, het geluid der 8 voeten is sterk en liefelijk, der
16 voeten deftig en vullend. Ook de andere stemmen zijn zonder
onderscheid zeer goed van geluid. Trompet 16, Dulciaan 16 en
Trompet 8 voet zijn heerlijke tongwerken. Hun geluid is, zou haast
kunnen gezegd worden, onverbeterlijk. Het onderste octaaf der
Trompet 16 voet, is van hout

De reusachtige pijpen der Prestant 32 voet , in het front staande,
moeten wel terstond ieders aandacht trekken. De grootste dier
pijpen weegt 500 pond. Het is daarom wel te verklaren dat de
geheele kast waarop het pijpwerk rust van het zwaarste hout, zoo
dik en soliede mogelijk vervaardigd is. De Subbas 32 voet (even
als Prestant 32) in het pedaal heeft niet minder kolossale pijpen;
deze zijn echter van hout. De groote C is 10 Meter lang. Bazuin
32 voet doet in lengte en zwaarte voor de twee andere 32 voeten
niet onder. Deze stem (van Engelsch Tin) even als Prestant en Subbas
32 voet, op tijd gebruikt, maakt een overweldigende indruk. Het
geluid der Bazuin 16 voet, is zeldzaam schoon en kernachtig vol;
ook de andere stemmen van het pedaal, vooral de drie 16 voets
Labiaalstemmen klinken zeer goed. Trompet 4 en 2 - voet onder-
scheiden zich door vlugge aanspraak en helder geluid.

Om het derde klavier van binnen te zien, moet men weer
hooger klimmen. Eerst 18 treden en men komt aan deur No. V,
de kast waarin het regeerwerk voor het derde en vierde klavier
zich bevindt, alsmede de bovenste gedeelten der 32 voets pijpen;
daarna verleent deur No. VI toegang langs een 13 treden hooge
trap aan het derde klavier-pijpwerk, afgesloten door deur No. VII;
aan weerszijden van de kast ziet men de toppen der 32 voets pijpen.

Heerlijke stemmen vindt men op het derde klavier. In de
eerste plaats een Vox-Humana 8 voet, die zeer schoon is en in de
kerk een prachtig effect maakt, de Schalmei 8 voet, Viola di Gamba
8 voet, Quintadeen 16 voet, Prestant en Holpijp 8 voet, allen fraai
van geluid en een goede uitwerking doende in de kerk ; octaaf 4
en 2 voet zijn zeer helder, Openfluit 4 voet, zeer geschikt voor Solo,
en het Carillon, schoon pijpwerk zijnde, bootst het klokkenspel be-
driegelijk na. Nog 18 treden hooger en men staat voor de kast
(deur No. VIII) waarin zich het prachtig Echowerk bevindt.

Dit werk staat bijna aan den zolder der kerk en is bijna geheel
ingesloten door een dichten houten kast. De verschillende geluiden
die men er aantreft zijn heerlijk. Viola di Gamba, Bourdon, Sali-
cionaal of Holpijp 8 voet, allen klinken zeldzaam schoon en de Vox
Angelica spant hierin wel de kroon. Het geheele Echowerk maakt
een heerlijk effect. Dit orgel is ook het eenige in ons land dat in
het bezit is van een zoodanig Echowerk.

Het geheele werk maakt op den toehoorder een indruk die
niet spoedig verloren gaat, en wanneer één orgel in ons land ge-
schikt is om bij den toehoorder de meest verschillende gewaarwor-
dingen op te wekken, dan is het voorwaar wel het orgel der
Groote of St. Laurenskerk te Rotterdam.

Het orgel bezit bijna 5000 pijpen. Het heeft 49 Labiaalstemmen,
9 Vulstemmen en 14 tong werken.

De Prestanten en Bazuinen zijn allen van zuiver Engelsch Tin.
Het orgel heeft ongeveer ƒ 120.000, het oxaal daarenboven ƒ 90.000
gekost.

Het front maakt een zeer grootschen indruk en het beeld-
houwwerk wordt door kenners zeer geroemd. De groote Engel,
met een bazuin in de hand , die het kunstwerk bekroont , is
5 Meter hoog.

Het oxaal waarop het orgel rust verdient niet minder bewondering;
het bestaat uit 12 marmeren pilaren waarachter weder wit mar-
meren pilasters staan ; onder het orgel bevinden zich nog aan weers-
zijden marmeren borden met de namen der Kerkmeesteren, die het
orgel lieten bouwen ; in 't Nederlandsch en in 't Latijn. Alles is
met hekwerk afgesloten.

Dat èn oxaal (de marmeren pilaren toch zijn uit Italië naar
Rotterdam vervoerd) èn orgel schatten gekost hebben, en steeds
kostbaar zijn wat onderhoud betreft, zal ieder licht begrijpen. Ge-
lukkig dat H.H. Kerkvoogden er niet voor terugdeinzen, wanneer
het noodig is, reparaties aan een en ander te laten geschieden.
In 1885 (October) wordt het geheele werk uit elkaar genomen,
schoongemaakt en zoo noodig verbeterd door de firma Bütz & Co.
De dispositie zal echter dezelfde blijven.

M. H. VAN 'T KRUIJS.
Rotterdam, Januari 1885.


VERZAMELING VAN Disposities van verschillende Orgels
IN NEDERLAND, BENEVENS EENE KORTE BESCHRIJVING VAN HET ORGEL
IN DE Groote Kerk te Rotterdam DOOR M. H. VAN 'T KRÜIJS,
Organist der Groote of St. Laurenskerk te ROTTERDAM.



Rotterdam, 1885




VOORREDE.



Steeds vond ik een eigenaardig genoegen in het
zien en bespelen van voor mij vreemde orgels, en reeds
sedert eenige jaren verzamelde ik voor mijzelf de
disposities der orgels van eenigen omvang. Het was
mij natuurlijk slechts doenlijk een betrekkelijk klein
getal orgels te zien, en daardoor had mijne eigene
verzameling alleen voor mij waarde. Eenigen tijd
geleden echter trof ik den Uitgever dezes, en die,
zelf organist zijnde, had reeds eenigen tijd geleden het
plan opgevat een dusdanig werkje het licht te doen
zien. Ziedaar in een paar woorden de aanleiding tot
de uitgave van dit boek. Ik stond den Uitgever
gaarne ter zijde, heb de verschillende disposities ge-
rangschikt, mijne eigene verzameling er bij ingelascht
en eene korte beschrijving van het orgel, dat ik thans
bespeel, er aan toegevoegd.

Dat dit werk zeer onvolledig is, ik zal de eerste
zijn die het beken; dat er in de verschillende opgaven
fouten geslopen zijn, kan ik evenzeer terstond melden,
immers verscheidene door mij ontvangen opgaven
waren zoo onduidelijk gesteld, dat het mij slechts met veel
moeite gelukken kon, uit een en ander wijs te worden^

In de eerste plaats wil ik thans langs dezen
weg mijn oprechten dank betuigen aan hen, die mij
blijken van sympathie gaven bij het vernemen van
deze uitgave.

Hoewel ik vrees dat het werk hun te onvolledig
zal toeschijnen, moet ik verklaren dat het ondoenlijk
was zonder te hooge kosten te maken, meer disposities
te verkrijgen. In de tweede plaats dank ik Heeren
Organisten die terstond bereidwillig waren mij de
opgave toe te zenden.

Steeds zal het mij welkom zijn op- of aanmer-
kingen te ontvangen, die zullen dan ter harte geno-
men worden in geval er eene tweede druk noodig
mocht zijn.

Ik heb de disposities naar de grootte gerang-
schikt en de mij toegezondenen, groot en klein zonder
onderscheid, hierin opgenomen. Van kritiek over een
en ander onthield ik mij ; de ervaren orgelkenner zal
terstond kunnen zien welke disposities al of niet goed
gesteld zijn. Enkele aanmerkingen door Organisten bij
de opgave gevoegd, liet ik onveranderd.

Of dit werkje eenig nut zal stichten? Ik zou
het gaarne wenschen. In elk geval meen ik niet te
veel te zeggen , wanneer ik hoop dat menig Organist
deze uitgave niet onwelkom zal wezen , en dat het
ook het zijne (als is 't nog zoo weinig) er toe moge
bijdragen tot die kennis, die ieder degelijk Organist
van zijn instrument moet bezitten.

De orgeldisposities waarbij de namen der Orga-
nisten staan, heb ik bijna allen van genoemde Heeren
persoonlijk ontvangen. Anderen daarentegen, waarbij
de Organist niet vermeld wordt, nam ik over uit
Seidel's „Het Orgel en deszelfs samenstel," vertaald door
Meijer (Groningen 1845) of uit mijne eigene verza-
meling; diegene welke ik niet meer nauwkeurig wist
of mondeling ontving, heb ik van een f voorzien.

Achter het werk is een bladwijzer gevoegd. Het
woord discant achter cornet liet ik als overtollig weg.
Dat ik van het grootste orgel van Nederland eene
kleine beschrijving gaf, zal mij niemand ten kwade
duiden, hoop ik; het uitmuntende werk verdient wel
eenige meerdere bekendheid dan het tot dusver te
beurt viel.

M. H. VAN 'T KRUIJS.
Rotterdam, Januari 1885.



TOtLICHTING BIJ DE HERDRUK



Manus Hendrik van 't Kruys (1861-1919) behoort tot de negentiende-eeuwse organisten- generatie, die zich in de Nederlandse orgelgeschiedenis een blijvende plaats heeft verworven.
Na zijn studies aan de Koninklijke Muziekschool te 's-Gravenhage — o.a. bij W. F. G. Nicolaï — te hebben voltooid, werd Van 't Kruys in 1884 tot organist aan de Grote- of St. Laurenskerk te Rotterdam benoemd, als opvolger van Samuel de Lange Sr. Het vergelijkend examen werd afgenomen door Richard Hol, W. F. G. Nicolaï en L. F. Brandts Buys.
In 1897 vertrok Van 't Kruys naar Groningen, waar hij tot 1905 als "Directeur van de Muziekschool, het Orkest en de Zangvereeniging" werkzaam was; de organist Hendrik de Vries werd tot zijn opvolger in Rotterdam benoemd.

Tot de collegae-tijdgenoten, die door de vermaardheid van hun spel of door publicaties op de voorgrond zijn getreden, behoren o.a. J. Worp, H. P. Steenhuis, J. B. C. de Pauw, Joh. Wagenaar, Willem Petri, Wülem de Vries en Jan Zwart. Ook de publicist en orgel- historicus J. W. Enschedé was een tijdgenoot van Van 't Kruys.

Als componist (koor- en orgelwerken, opera's, symfonieën en kamermuziek) is Van 't Kruys vrijwel onbekend gebleven. Zijn betekenis voor het Nederlandse muziekleven ligt voornamelijk in hetgeen hij op orgel-organisatorisch terrein tot stand heeft gebracht en wel gedurende zijn Rotterdamse ambtsperiode. Verschenen de "Disposities" in 1885, in 1886 volgde de uitgave van het tijdschrift "Het Orgel", sinds 1904 het maandblad van de Nederlandse Organisten Vereniging (N.O.V.) Het initiatief tot de oprichting van de N.O.V. werd in 1889 genomen door Jos. A. Verheijen, J. B. Litzau, M. Boltes en Van 't Kruys, die eveneens deel uitmaakte van het voorlopige bestuur, dat in 1890 werd gekozen.
De dispositieverzameling van Van 't Kruys is te beschouwen als een poging het Nederlandse orgelbezit te inventariseren; de uitgave hiervan sloot een periode af van ruim honderd jaar, waarin belangrijke dispositieverzamelingen het licht zagen of in handschrift bewaard gebleven zijn, b.v. Hess 1774 (heruitgave 1945»), Knock 1788 (heruitgave 1959), Hess 1907 (naar het handschrift van phn. 1815), G. W. Lohman plm. 1830 (handschrift*),
Meijer 1845 en het handschrift van G. W. Broekhuyzen.

Om de aktualiteit van dit werk te verhogen, werd in de "Bladwijzer" (pag. 169-174) een codering aangebracht (zie pag. 175); de tekst van de disposities, de voorrede en het orgelhistorisch overzicht bleef ongewijzigd. De weinig fraaie afbeelding van het orgel in de Grote- of St. Laurenskerk te Rotterdam is komen te vervallen.

AMSTERDAM, ZOMER 1962 HERM. S. J. ZANDT



1. ƒ. H. Besselaar, Het Orgel in de Groote Kerk te Rotterdam, Rotterdam, 1931, pag. 19 en 23.

2. Gedenkboek van het Congres der N.O.V. gehouden 3-5 September 1931 te Amsterdam t.g.v. haar veertig-jarig bestaan. Steenwijk, 1932, pag. 181 ev.

3. Herm. S. J. Zandt, Joachim Hess, "Kunstrijk en beroemd Orgel- en Klokken-Speeler" en zijn broer, de orgelmaker Hendrik Hermanus, in "Het Orgel", 58e jaargang na. 1 jan. 1962, pag. 1-10. ,

4. Dr. Gustav Fock, Een tweetal aanvullingen op Hess' Dispositiën uit 1774, in Het Orgel", lubileumnummer J890-V'>6n. pag. 47-61.

Blog Archive